Het lijkt een vast stramien: zijn ergens langs smalle landwegen de bermen stuk gereden, dan legt de gemeente in de berm langs het asfalt grasbetonstenen. Het komend jaar wordt er 6 honderdduizend euro voor uitgetrokken.
Inhakend op zijn pleidooi om de investeringen in asfalt en groen beter met elkaar in balans te brengen (lees: ‘Investeer in het groen’) pleitte GroenLinks raadslid Henry Soyer voor het maken van andere keuzes: ‘Op Texel beschikken we over fantastische groene verbindingszones, namelijk de bermen langs de wegen. We kunnen er dus ook voor kiezen om die zo bloemrijk mogelijk te maken, dus zonder die betonstenen.’
GroenLinks fractievoorzitter Ferry Zegel vulde aan: ‘Voor de veiligheid op die smalle wegen kun je ook 1-richtingverkeer voor auto’s instellen of passeerstroken aanleggen. Grasbetonstenen op hun beurt maken de weg breder waardoor auto’s juist sneller gaan rijden. Er zijn dus betere smaken dan alleen grasbetonstenen.’
Een en ander mondde uit in een motie van de coalitiepartijen GroenLinks, PvdA en Texels Belang: onderzoek eerst alternatieven voordat ergens grasbetonstenen worden neergelegd. En doe alleen die grasbetonstenen als het echt niet anders kan. Zegel: ‘We trekken nu elk jaar incidenteel grote bedragen uit voor die grasbetonstenen, de afgelopen drie jaar maar liefst 1,3 miljoen euro. Wat ontbreekt is een concreet mobiliteitsplan: op die en die wegen willen we vooral auto’s laten rijden, andere maken we juist autoluw, dat moet bepalen waar je wat doet. Dus wacht met al die grasbetonstenen tot we dat mobiliteitsplan hebben vastgesteld.’
Uiteindelijk stemde de meerderheid van GroenLinks, PvdA en Texels Belang voor deze motie, VVD, CDA, D66 en Hart voor Texel waren tegen.