De actie speelde medio september: Greenpeace-Engeland zonk rotsblokken af bij de Doggersbank. Het motief: de Doggersbank is aangewezen als beschermd natuurgebied, er mag niet worden gevist. Maar de bescherming ervan tegen ‘illegale’ boomkorvisserij is er niet, dus nam Greenpeace zelf het heft in handen. Daarbij zijn de coördinaten van de rotsblokken publiek gemaakt, zodat vissers het gebied kunnen mijden, en de Doggersbank langs die weg alsnog is beschermd.

De gemeentebesturen van Den Helder, Den Oever en ook Texel vonden het nodig over de actie een protestbrief te sturen naar visserijminister Schouten. Zij noemen het daarin ‘onverteerbaar dat onze vissers en hun schepen moedwillig in gevaar worden gebracht’.



Eenmaal kennis genomen van die brief wilde GroenLinks fractievoorzitter Rikus Kieft wel eens weten met welk mandaat de Texelse wethouder Huisman die brief had ondertekend. Want in Den Helder en Den Oever was er tenminste nog een debat in de gemeenteraad aan voorafgegaan, maar niet op Texel. ‘De wethouder had haar oordeel eerst aan de raad moeten voorleggen.’



Uiteraard heeft de kritiek van Kieft ook te maken met zijn inhoudelijke standpunt: B&W verwijst naar een artikel in het Reformatorisch Dagblad over vissers die aangifte doen tegen Greenpeace, terwijl er een uitspraak van de rechter is die een soortgelijke eerdere actie in 2015 geoorloofd noemde. ‘Het college baseert zich op een wel heel selectieve bron, en had zich beter moeten informeren.’

Kieft benadrukt dat hij zich niet tegen de visserij keert. ‘De Doggersbank is met reden aangewezen als natuurgebied, dus vissers moeten dat respecteren.’